De historie van ZBC

12 januari 2020
HET WEL EN WEE VAN ZBC

De Zwolsche Badminton Club (ZBC) werd op 12 januari 1958 door 21 leden opgericht. Er werd toen gespeeld in de Coöperatieve groente- en fruitveiling 'Zwolle en omstreken' in de voormalige gemeente Zwollerkerspel (nu Berkum). Enige improvisatie was wel nodig. Zo moesten er, voordat de leden konden spelen, met vetkrijt eerst velden worden uitgezet. Ondanks deze gebrekkige omstandigheden was het ledental aan het eind van dat eerste jaar gegroeid tot 35. Met als gevolg dat er vanwege gebrek aan speelruimte tien jaar lang, dus tot 1968, een ledenstop moest worden ingelast.

Van Nutsschool naar Stilohal

De eerste wedstrijden werden gespeeld in de Nutsschool, bij de geboren en getogen Zwollenaren welbekend. Tegenwoordig ligt daar de parkeerplaats van ziekenhuis de Weezenlanden. In 1961 sloot ZBC zich aan bij de Nederlandse Badminton Bond. En in 1968 kon de ledenstop worden opgeheven, omdat ZBC een voor badminton zeer geschikte locatie had gevonden, te weten de Stilo sporthal. Het bestuur huurde er vijf banen. Het kreeg er overigens negen aangeboden, maar zoveel durfde het er toen niet te nemen. Uiteindelijk werden de resterende banen ingenomen door een andere Zwolse badmintonvereniging, Badminton Vereniging Zwolle (BVZ) genaamd. Begin jaren tachtig ontstonden bij deze vereniging echter zodanige financiële problemen dat ze werd opgeheven. Een deel van de BVZ'ers stapte toen over naar ZBC, die immers toch al in dezelfde zaal zat en toen ook de banen van BVZ erbij kreeg. Maar ook los van deze plotselinge aanwas bleef de vereniging maar groeien. Dat ging zo hard dat in 1982 opnieuw een wachtlijst ontstond. Naarstig werd gespeurd naar alternatieve speelgelegenheden, en dat waren er nogal wat; oudere leden herinneren zich wellicht dat we behalve in de Stilohal ook nog speelden in het Meander College, de Streekschool, het Tenniscentrum in Holtenbroek en op de Hogeschool Windesheim. De clubkampioenschappen werden op zeker moment zelfs helemaal in Zutphen gehouden!

Van Stilohal naar ZBC-hal

Door het allegaartje aan speelgelegenheden en de aanhoudende belangstelling voor het lidmaatschap van ZBC ontstond zo zoetjes aan het idee om een eigen sportaccommodatie op te richten. Dat was natuurlijk makkelijker gezegd dan gedaan. Vele vergaderingen en besprekingen met diverse instanties binnen de gemeente Zwolle gingen vooraf aan de uiteindelijke toewijzing van een stuk grond aan de Ossenkamp. Alles bij elkaar is het toenmalige bestuur twee en een half jaar bezig geweest om een vergunning voor de bouw van de eigen sportaccommodatie te verkrijgen. Op woensdag 22 oktober 1986 was het dan zover: de eerste paal ging de grond in. De heer L.C. Blom, directeur van de Dienst Sport en Recreatie van de gemeente Zwolle, nam deze handeling voor zijn rekening. Daarbij sprak hij over een historisch moment in de Zwolse sportgeschiedenis: 'Voor het eerst komt een heuse sporthal tot stand, die door een sportvereniging uit eigen middelen wordt bekostigd, zonder een beroep te doen op subsidies van de overheid.'Om de bouw financieel rond te krijgen, werd een stichting in het leven geroepen: de Zwolse Badminton Accommodatie (ZBA). Naast twee particuliere financiers en een bank verstrekte ook ZBC een lening aan deze stichting; in de jaren ervoor had de club namelijk een aardig spaarpotje gevormd. Notarieel werd daarbij vastgelegd dat ZBC volledig eigenaar kon worden van deze accommodatie, en wel door ieder jaar haar financiële inbreng in de stichting te vergroten, tegen een gelijktijdige afbouw van de inbreng van de andere financiers, die na verloop van tijd dus volledig zouden zijn uitgekocht.Op 17 juni 1987 werd de twaalf badmintonbanen bevattende hal officieel in gebruik genomen. Voor het eerst in jaren konden alle leden weer op dezelfde locatie hun geliefde sport beoefenen. En dat is zo gebleven, tot op de dag van vandaag.

Groeistuipen

Vermoedelijk oefende de aanwezigheid van een eigen badmintonhal een grote aantrekkingskracht uit op potentiële leden, want in de eerste jaren na de ingebruikname kreeg ZBC te maken met een forse toeloop. En met fors bedoelen we ook fors: op een gegeven moment was ZBC met ruim 900 leden de grootste badmintonclub van Nederland. Het voordeel van de eigen hal was dan ook voor iedereen zichtbaar; men kon op elke avond van de week terecht en dat sprak de mensen aan.Tegelijkertijd wilde ZBC ook meer doen aan topsport. De club had daarvoor immers ideale faciliteiten. Trainers en talentvolle spelers werden aangetrokken om samen met de eigen kweek iets moois neer te zetten op badmintongebied. Het uiteindelijke doel was om ZBC in de hoogste divisie vertegenwoordigd te krijgen en te houden. En dat zou de aantrekkingskracht van de club weer vergroten. Een win-winsituatie dus, zeggen we tegenwoordig.Het heeft niet zo mogen zijn. Zelfs aan het spelen in een eigen hal zitten grenzen, en die werden met de tijd en ruimte slurpende topsport enerzijds en een overvloed aan recreanten anderzijds ruimschoots overschreden. Recreanten kwamen nauwelijks aan spelen toe en velen van hen haakten dan ook teleurgesteld af; met name de nieuwe leden verdwenen even snel als ze gekomen waren. Intussen wilde ook de topsport niet echt van de grond komen. Het eerste team reikte ver, maar achter hen gaapte een levensgroot gat. Op zeker moment veroorzaakte dit alles zo'n spanning binnen de club, dat werd besloten om de stekker uit het topsportavontuur te trekken. En zo moest in de loop van de jaren negentig worden geconstateerd dat van de plannen om het aandeel van ZBC in de hal over een reeks van jaren allengs te vergroten, niets terechtkwam.

Zorgen

Het aantal leden daalde tot zo'n 300 à 400, en dat was eigenlijk net genoeg om de hal nog uitgebreid in te zetten voor badminton; met zo'n bezetting waren namelijk nog steeds vier speelavonden in de week te bekostigen. Ging het de vereniging ZBC financieel wat minder voor de wind, ook exploitant ZBA kreeg te maken met een daling in bezetting en huuropbrengsten. Dat leidde ertoe dat ZBA toch bij de gemeente moest aankloppen voor een subsidie, de prijzende woorden van de heer Blom bij het slaan van de eerste paal - 'en dat zonder subsidie van de overheid' - ten spijt. Gelukkig lukte het ZBA om de subsidie in de wacht te slepen en zodoende nog een paar jaar het hoofd boven water te houden. Maar het was natuurlijk geen blijvende oplossing.

Een stapje terug

Zoals gezegd is het van meet af aan de bedoeling geweest dat de particuliere financiers van de hal hun aandeel stukje bij beetje zouden zien afnemen, doordat ZBC jaarlijks een batig saldo van de verenigingsexploitatie zou toevoegen aan haar aandeel in de hal. Toen dat niet lukte, kwam ZBC op een bepaald moment voor de keuze te staan: de enig overgebleven particuliere financier zelf uitkopen - daar zou dan wel een forse lening voor nodig zijn - of dat een andere partij laten doen. Gezien de beperkte financiële armslag van de club werd het de tweede optie. ZBC zag dus af van haar recht om als eerste gegadigde het aandeel van de financier over te nemen en zo in feite de alleenzeggenschap over de hal te krijgen. Met name voor de financier zat er toen weinig anders op dan te proberen elders een geïnteresseerde plaatsvervanger te vinden.Uiteindelijk is die plaatsvervanger gevonden in de scholengemeenschap Landstede. Die heeft dus het financiële belang overgenomen in ZBA, niet alleen van de hoofdfinancier, maar inmiddels ook van ZBC. En dat betekent dat Landstede het met betrekking tot de hal volledig voor het zeggen heeft gekregen. Dat doet binnen ZBC natuurlijk best een beetje pijn, maar zo gaan de dingen nu eenmaal in het leven. Landstede is de hal gaan gebruiken voor onderwijs (overdag) en voor volleybal en basketbal op het hoogste nationale niveau. Dat er bij Landstede meer geld is dan bij ZBC, blijkt wel uit het feit dat ze de hal een ingrijpende verbouwing heeft laten ondergaan, waarvan deze aardig is opgeknapt.Dit alles heeft tot gevolg gehad dat ZBC de hal nu met meerdere partijen moet delen. Dat is uiteraard niet altijd even makkelijk, maar tot op de dag van vandaag speelt ZBC nog steeds in een schitterende accommodatie, die specifiek gericht op badminton is gebouwd.